t s

home
weetjes over Hulste

DE STIKGAZE (oorlogsgas of krijgsgas) IN HULSTE

Hulste bevrijd, Hulste vergast

kast
Zicht op de Dorpplaats richting Kasteelstraat

Oktober 1918
Het einde van de Eerste Wereldoorlog was in zicht maar vijftien dagen vóór de wapenstilstand beleefde Hulste één van de verschrikkelijkste weken uit zijn geschiedenis. Aan de hand van enkele bewaarde getuigenissen kunnen we de gebeurtenissen van de laatste oorlogsdagen reconstrueren.
Zowel pastoor Henri Dejonckheere van Hulste als pastoor Jozef Coussement van Desselgem laten betrouwbare informatie na. Zo hebben we twee uitkijkposten op het plaatselijk oorlogsgebeuren, één aan elke kant van de Leie.

dorpoud
zicht op de dorpplaats richting Brugsestraat

Dinsdag 15 oktober 1918
In de nacht van dinsdag 15 op woensdag 16 oktober 1918 hebben de Duitsers zich in stilte uit Hulste teruggetrokken. Zij deden dat om zich achter de Leie tegen de oprukkende geallieerden beter te kunnen verdedigen. Die avond kwam de Duitse aalmoezenier bij de pastoor van Hulste aanbellen om de H. Vaten uit de kerk mee te nemen en ze aan de pastoor van Waregem in bewaring te geven.
"Maar wat als de pastoor van Waregem ook moet vluchten?" dacht de pastoor van Hulste luidop.
"Ik kan zelf nog altijd beter voor mijn eigen goed zorgen". Dit was wellicht het laatste gesprek tussen een Duitser en iemand uit Hulste vóór de wapenstilstand. De pastoor van Desselgem schrijft in zijn dagboek over diezelfde nacht, aan de overkant van de Leie: "Deze nacht heb ik in mijn studeerkamer geslapen. De brug van Ooigem is (nog) niet gesprongen. Van tijd tot tijd waren er evenwel zware kanonschoten of granaten die overvlogen. De Duitsers hebben hier en daar kanonnen gezet".

Woensdag 16 oktober 1918
Die dag zaten de Duitsers verschanst over het kanaal Roeselare-Leie en de Leie en hebben van daaruit "hunnen duivel ontbonden en Hulste zes dagen lang met verstikkende gaze-obussen en andere bommen beschoten". Te Desselgem, 's middags om 2u30 komen drie Duitse officieren naar de pastorie... Ze gaan naar de zolder en kijken met een verrekijker door het venster dat in de westgevel zit, in de richting van Harelbeke, Bavikhove en Hulste. Ze vertrekken."Eén ervan komt terug en eist mijn slaapkamer op, de voorkamer en plaats voor 20 soldaten. Om 6u30 's avonds doen de Duitsers in Ooigem de brug over de Leie springen". Deze brug over de Leie, tussen Desselgem en Ooigem dateerde uit 1870 en was bedoeld om de bewoners van Ooigem en Oostrozebeke een kortere weg naar het station van Desselgem (lijn Kortrijk-Gent) te bezorgen.
Afbeelding Stafkaart 1913
Oorlogsgas

kerk01
Zicht op de kerk met links op de achtergrond de pastorie

Donderdag 17 oktober 1918
Desselgem
Pastoor Coussement schrijft: "Om 9.30u 's morgens doen zij in het station van Desselgem de rails van de spoorweg springen. Hetzelfde gebeurt hier en daar tussen Kortrijk en Deinze. De mensen vragen zich af waar de Engelsen zitten. Uit de verte werden Engelse patrouilles gezien in Ooigem. Vroeger werden daar reeds Belgische soldaten gezien door mensen die tegen de Leie wonen. 's Middags vallen Engelse of andere granaten in de omgeving van de Plaats(1). De noordwestkant van de Plaats is erg beschadigd".
Hulste
Pastoor De Jonckheere schrijft: "In de nacht van 17 op 18 oktober was de beschieting geweldig. Er viel een obus met gaze links naast de voordeur van de pastorij, met zulk geweldig gedruis dat in één slag al de ruiten der pastorij in stukken waren. Er was in 't voorhoveken een put van meters breed en diep. Ik zat met de meid in de voorkelder verscholen. Er viel een tweede, een derde en een vierde scheute... Wij dachten dat heel de pastorij ingevallen was". Op vraag van de pastoor ging de meid - blijkbaar was zij de moedigste - even op verkenning. "De pastorij stond nog recht, maar was verschrikkelijk gesteld. Daarbij gerook de meid die verstikkende gaze en kwam zere den kelder were binnen, zorgende van wel de kelderdeur te sluiten, om de vergiffende gaze niet te laten binnenkomen".


Ja, 't was de 'stikgaze'
Verscholen in zijn kelder had de pastoor De Jonckheere nog geen weet van de ravage in het dorp. Hij wist nog niet dat hij in het overlijdensregister van de parochie zoveel namen van slachtoffers zou moeten schrijven. 't Gesticht van de H. Familie (het Oudemannenhuis) was 't ergst getroffen. Sommigen geraakten vluchtend, met verschroeide longen, nog dorpen verder. Lendelede, Winkel-St.-Elooi, Moorslede en Passendale zijn maar enkele staties van de bittere kruisweg. (zie slachtofferslijst 1-10)
tielt
Zo was in 1918 nog de huidige Tielsestraat. Rechts springt het toen nieuwgebouwde huis van Richard Honoré duidelijk in het oog met zijn witgeglazuurde stenen voorgevel.

Richard Honoré (zie slachtoffer 29): één van de 'gegazeerden'
Richard, timmerman en wagenmaker, geboren in Hulste op 29 augustus 1872, was in 1918 een man van 46 jaar en in de fleur van zijn leven. Hij woonde met zijn vrouw, Elisa Delaere, en zijn 2 dochters: Maria Hendrika (11 jaar) en Godelieve (7 jaar) in de huidige Tieltsestraat nr 2, vlak naast het Gemeentehuis, waar hij zelf de eerste jaren na zijn huwelijk had gewoond. Toen de beschieting van Hulste begon trok Richards vrouw met haar twee dochters en haar zuster Louise te voet naar Izegem waar haar broer Joris onderpastoor was. In Hulste was er overal gasgeur. Op de koer van het Gemeentehuis lagen de hennen dood. Henri Dutoit, de toenmalige bewoner van 't Gemeentehuis en vader van Staf 'Toitjes' was reeds met vrouw en 8 kinderen gevlucht. Richard wou nog tot de volgende dag thuis in de kelder blijven bij nonkel Ruffin Deboutte en bij het gevluchte gezin van meester Bourgeois waar nog een borelingske was. 't Rode kruis had hen beloofd hen te komen halen maar in de nacht van donderdag op vrijdag 18 oktober viel er een gasgranaat in de kelder. Richard hielp iedereen naar boven en ademde daardoor veel gifgas in. Samen met nonkel Ruffin sukkelde hij de Brugsestraat in en geraakte tot ongeveer vóór het huis Masureel, nu het huis van Xavier Verstraete. Daar vielen beiden uitgeput neer. Al hun geld, waarden en identiteitspapieren die ze bij hadden werden gestolen. Uiteindelijk werden ze binnengedragen in het huis van "Smetje Volders", waar Ruffin Deboutte (slachtoffer 11) overleed. "Smetje Volders", was de toen 57-jarige paardensmid Arthur Devoldere, getrouwd met Sidonie Wittebolle.
Omdat het zo uitzonderlijk is vermeld ik hier dat, vijftien jaar later, Arthur en zijn vrouw bijna terzelfdertijd zijn gestorven, ieder aan zijn eigen kwaal. Dat was op 5 augustus 1933. Ze werden ook samen begraven. Hun huis waar vroeger Gilbert Christiaens woonde (Brugsestraat 54), staat rechtover het huis Masureel.
Meester Bourgeois vluchtte in paniek met zijn gezin naar Lendelede. Lisa, de vrouw van Richard, die op weg naar Izegem de nacht had doorgebracht bij een gezin in Lendelede zag 's morgens de vluchtelingen voorbij komen. Toen ze naar haar man vroeg kreeg ze geen antwoord. Ze trok dan naar de hofstede waar de Rodekruispost was. Daar hoorde ze dat er een auto naar Hulste vertrokken was om de 'gegazeerden' op te halen. En ja, na een tijdje was de auto daar terug met onder andere Richard die haast stervende was. Ze mocht nog even bij haar man voor hij zoals men haar zei naar het vissersdorpje Cabour in Frankrijk zou worden overgebracht. Lisa heeft het zoeken naar haar man nooit opgegeven. Na de oorlog kreeg ze de toelating om in heel de provincie de graven van onbekenden te laten openmaken door de veldwachter. Haar man zou begraven zijn als 'onbekende' want al zijn papieren waren gestolen. Elisa gaf het zoeken niet op . Na lange tijd en veel vruchteloze pogingen hoorde ze van het graf van een onbekende naast dit van een Hulstenaar, Jules Vancoillie. Op vraag van Elisa sneed de veldwachter een stukje stof van het kostuum van de onbekende. Voor de zoveelste keer moest Elisa 'neen' zeggen. Maar ze verwittigde vrouw Vancoillie waar haar man begraven lag: het was dichtbij het station van Moorslede (Slijps). Uiteindelijk kreeg ze te horen dat het stukje stof van het kostuum van Jules Vancoillie was. Het kruis van Vancoillie stond dus op het graf van Richard Honoré !!
Eens Richards graf gevonden en alles geregeld was voor de overbrenging van het stoffelijk overschot viel Elisa zonder krachten. Ze stierf totaal uitgeput op 7 maart 1921 op 51jarige leeftijd. Samen met haar man werd ze op 10 maart 1921 begraven op het kerkhof van Hulste, dicht tegen het grote kruisbeeld langs de noordkant van de kerk. De zondag daarop deed hun oudste dochtertje Mariette haar plechtige communie.
Meer over Richard Honoré en Elisa Delaere

kast01
Café Het Gemeentehuis (met zicht op de Kasteelstraat)
Gemeentehuis - Tafel - Afspanning, zo staat er zwart op wit te lezen. De poort gaf vroeger toegang tot de 'schutterij' van de Bosseniers en de 'temmerwinkel'.

Hulste plaats 'the day after'
Na de aanval met het gifgas vertoonde Hulstedorp een surrealistische aanblik. Eerder nooit gezien! Hoe dichter de mensen van te lande Hulsteplaats naderden, hoe onnatuurlijker glanzend geel gekleurd zij het gras en de gewassen zagen. Tot op heden wordt dit nog door enkelen doorverteld.

Hulsteplaats lag er verlaten en desolaat bij. Pastoor De Jonckhere heeft maar enkele lijntjes nodig voor de situatieschets: "Op zaterdag 19 oktober worden er door de garde en twee hulpgarden die hier ondanks alles gebleven waren, elf lijken in één put begraven zonder priester. Ik was de 18de, op bevel van de aangekomen Franse legerdokter naar Winkel-Kapelle gevlucht. Als ik vertrok was er op heel de Plaats geen levende ziel meer te vinden. Te lande was het merendeel van de mensen nog gebleven".
Pastoor De Jonckheere is tegen zijn zin van Hulste weggegaan. Hij wilde er verder niets over kwijt. Toch weten we waar hij onderdak heeft gevonden. Het was op de Plaats van Winkel-Sint-Elooi "bij eenvoudige brave lieden : Constant die metselaar is en Victoria zijn vrouw. Daar verbleef ook de Sylvain Wittouck, secretaris van Hulste met zijn zuster". Het is de pastoor van Desselgem die ons dat tussendoor verklapt. Bij zijn aankomst bij Constant en Victoria was pastoor De Jonckheere juist vertrokken. Dat was woensdag 23 oktober in de voormiddag.
Toen pastoor De Jonckheere op die woensdag 23 oktober, na vijf dagen gevlucht te zijn, in Hulste terugkwam "uit verlangen om Hulste weer te zien", was de beschieting nog niet helemaal geëindigd. Hij vond "de pastorij en de kerk nog recht staan, maar zeer beschadigd aan daken, goten en vooral de brandvensters".

Verslag achteraf geschreven
Het relaas van Pastoor De Jonckheere over de oktoberdagen 1918 in Hulste is geen citaat uit een dagboek. Het is het laatste gedeelte van zijn "Verslag van de parochie van Hulste binst de oorlog 1914-1918", dat hij op 31 juli 1919 naar het Bisdom van Brugge heeft gezonden. Dat verslag is zelfs op het einde niet helemaal chronologisch opgesteld.
Pastoor De Jonckheere eindigt met een voor hem 'sterk moment', met wat hij als de bevrijding van Hulste heeft ervaren. En dit was voor hem de vroege morgen van woensdag 16 oktober, dus nog vóór de grote beschieting met gasgranaten.
Wij citeren: "'s Morgens - woensdag 16 oktober, na de 1ste Mis (opgedragen door de onderpastoor), waren we bezig met een Jaargetijde te zingen, we waren juist aan de Miserere, toen een Belgisch soldaat de kerk binnenstormde, luide roepend : "Mijnheer de Pastoor, wij zijn hier, gij zijt verlost". Aanstonds was het zingen gedaan en wij liepen hem tegemoet, Pastoor, Onderpastoor en Koster, hem verwelkomende, tranen stortend van aandoening ... Hij zegde dat hij de voorpost was en dat het leger weldra zou volgen ... Hij vroeg om de H. Communie... 't Was een indrukwekkend toneel"

De andere kant van de Leie
Aan de andere kant van de Leie liet de bevrijding langer op zich wachten. "Zondag 20 oktober werd (tussen Engelsen en Duitsers nog gevochten op Spriete (Desselgem) en Deerlijkwaarts aan de Knok. Heel de voormiddag werd er nog geschoten. Omstreeks 5u30 's avonds wordt het gerucht verspreid dat de Engelsen zullen aanvallen. De Fransen waren intussentijd ook toegekomen. Dan wordt gezegd dat de Duitsers met gasbommen zullen schieten. De plaatsenaars (van Desselgem) begonnen te vluchten." (Michiel De Brauwere, o.c.)
Die zondag vlucht ook de pastoor Coussement van Desselgem. Na Harelbeke, Bavikhove en Lendelede wordt Winkel-Sint-Elooi zijn toevluchtsoord. Hij komt er aan juist nadat de pastoor van Hulste er vertrokken was. Dat was op woensdag 23 oktober in de voormiddag. Twee dagen later kan pastoor Coussement naar Desselgem terugkeren. Wij laten hem aan het woord: "Vrijdag 25 oktober te 11.00 uur zijn we op weg op een autocamion die ons vervoert tot aan de grote Brugse Kalsijde tussen Lendelede en Hulste, waar wij gegeten hebben bij de pastoor (De Jonckheere). Vandaar gaan wij naar het klooster van Bavikhove en dan naar Desselgem, al over Beveren langs de Grote Heerweg". De brug van Ooigem was gesprongen.

Pastoor Coussement vond de pastorij ingenomen door de Engelsen: een kapitein, een luitenant en nog vier soldaten. Dagenlang werd er nog over en weer geschoten. Op donderdag 31 oktober deden de Amerikanen een grote aanval op het front van Waregem en verloren daarbij heel wat manschappen. Ze liggen begraven op het Amerikaans kerkhof van Waregem. Nog ieder jaar is er de 'Memorial Day
'

Over de Leie bleef de oorlogsellende maar aanslepen en dit tot aan de wapenstilstand. Wij luisteren weer naar pastoor Coussement: "Deze nacht (van 9 op 10 november) en deze morgen zijn Franse troepen aangekomen. Te 2.00 uur in de namiddag vertrekken ze naar Oudenaarde. Er is een post van draadlooze telegrafie gevestigd in de Pastorie. Om 9.00 uur 's avonds komt het bericht toe dat Duitsland een wapenstilstand aangevraagd en bekomen heeft. Ten Westen van Desselgem (in Harelbeke, Bavikhove, Kortrijk en Hulste) ziet men vreugdevuren en zoeklichten en worden geweerschoten, muziek en klokgelui gehoord. In Desselgem niet. Ze durven niet luiden omdat de spits van de toren afgeschoten is en het misschien gevaarlijk zou zijn. Er is niettemin geroep, getier, gezang en klaroengeschal tot laat in de nacht".
Op de 11de van de 11de maand om 11 uur werden alle vijandelijkheden gestaakt. De wapenstilstand was dezelfde dag 's morgens om 5 uur getekend.
Het duurde nog lang eer alle sporen van de oorlog - voor zover dit kon - uitgewist waren. Dat lezen we ondermeer tussen de lijnen door in het verslag van het eerste H.Vormsel in Hulste van na de oorlog. Het waren meteen de eerste lijnen die pastoor Jonckheere na de oorlog in het 'Liber Memorialis' schreef: "met de troebele tijden was Zijn Hoogweerdigheid in de Dekenij van Kortrijk niet meer komen vormen sedert het jaar 1914. Er waren rond de 600 (!) kinders te vormen ... De parochie van Ooigem kwam hier met rond de 350 kinders. Die Ooigemse kinders zaten in de twee zijbeuken van de kerk. Monseigneur de Bisschop was alleen vergezeld door Z.E.H. Deken van Kortrijk. Hij vertrok van hier om naar Bavikhove te gaan vormen".

Slachtoffers
In tegenstelling met de 'gesneuvelde soldaten' en de 'gestorven weggevoerde burgers' is voor zover ons bekend, nooit een lijst met de slachtoffers van de 'stikgaze' verschenen. Meer dan 80 jaar na de feiten proberen we hier een lijst, zo volledig mogelijk en zo gestoffeerd mogelijk bekend te maken. Wij kozen voor de volgorde van de lijst der slachtoffers in het overlijdensregister van de parochie. Daar immers werden zij zo vlug mogelijk ingeschreven, in welke gemeente zij ook - op de vlucht - gestorven waren. De gemeentelijke diensten daarentegen hebben sommige overlijdens pas veel later kunnen registreren, omdat er moest gewacht worden op het officiële uittreksel van de gemeente waar de Hulstenaar gestorven was, of zelfs bij gebrek daarvan, op het vonnis van de Rechtbank Van Eerste aanleg te Kortrijk.

Naam en inschrijvingsnummer Geboorteplaats en datum Plaats en datum van overlijden
1. Par. 51 Gem 17/1919
EUPHEMIA HOSTEN
(zuster Euphrasie)
Overste ouderlingengesticht
Zarren 28-09-1865
dochter van Phil. en Octavie Vandamme
Winkel-Sint-Elooi
18-10-1918 om 6 u 's morgens in de Izegemsestraat 23a

2. Par.52 Gem. niet ingeschr.
HERMINIA NEELS
(Zuster Paulina) zuster in het ouderlingengesticht

Sint-Michiels
17-02-1862
Dochter van Jan en Maria Pijpe
Proven 23-10-1918

3. Par. 53 Gem 12/1919
M.LOUISE ROELANDT
(zuster Elisabeth) zuster in het ouderlingengesticht

Armentieres
07-02-1870
Houtem bij Veurne
20-10-1918 om 2 uur in de nalmiddag in het hospitaal wijk Doorntje
4. Par 54 Gem. 82/1918
CHAREL EGGERMONT
Bewoner van het gesticht
Ingelmunster
01-03-1841
zn v. Joseph en Agnes Huysman
wed. v. Thérèse Deschanck
Hulste (in het gesticht)
18-10-1918
'gedood door de stikgaze'
5. Par. 55 Gem 84/1918
JAN VERSTRAETE
Kleermaker, bewoner van het gesticht
Vijve-Sint-Baafs
20-02-1838
Zn v. Charles en Rosalie Herman
Wed. v. Anna Blomme
Hulste (in het gesticht)
'gedood door de stikgaze'
6. Par. 56 Gem 10/1919
JUSTINE DELPORTE
Bewoonster van het gesticht
Heule
26-09-1839
d.v. Joseph en Theresia Dejaeghere; wed. v. Agust Destoolen en Sylvain Defossez
Lendelede
19-10-1918

7.Par.57 Gem. 16/1919
EMMA MAES
Bewoonster van het gesticht

 

Meulebeke
07-08-1871
d.v. Louise Maes
Winkel-Sint-Elooi
18-10-1919 - 12u 's middags
in de Izegemstraat 23/4
(noodhospitaal in 't kasteel')
8. Par 58 : niet ingevuld in het overlijdensregister van de parochie
9. Par. 59 Gem. 81/1918
GERARD VANROBAYS
Scholier
Hulste
02-10-1906
zn v. Dominicus en Celina Belaen
Hulste
18-10-1918
ten huize van zijn ouders Zie C
Gedood door een granaat
'Gestorven voor België'
10. Par. 60 Gem 80/1918
JULIA DEGANCK
Hulste
26-02-1846
d.v. Frans en Sophie Vanlerberghe
echtg. van Petrus Ottevaere
Hulste
18-10-1918
(volgens gemeente gestorven in de kerk)
'gestorven voor België'
11. Par. 61 Gem 83/1918
RUFFIN DEBOUTTE
Smid, 76 jaar
Hulste
18-04-1842
zn v. Jan en Augusta Honoré
Hulste
Gedood door de stikgaze ten huize van Rich. Honoré, sectie B
12. Par.62 Gem. 87/1918
GUSTAAF BASIJN
Schoenmaker 44 jaar
Hulste
24-08-1874
Zn v. Joseph en Pauline Dujardin
echt. v. Eudoxie Vanlede

Hulste
18-10-1918
gedood door de stikgaze ten huize van wed. Joannes Vandenberghe

13. Par. 63 Gem. 86/1918
EUDOXIE VANLEDE
Huishoudster, 41 jaar
Vlamertinge
14-05-1877
dochter van Felix en Hortence Chapelle, echt.v. Gustaaf Basijn
Hulste
18-10-1918
gedood door de stikgaze ten huize van Sylvain Bruneel
14. Par. 64 Gem 88/1918
ROBERT BASIJN
4 jaar

Hulste
27-02-1915
zoontje v. Gustaaf en Eudoxie Vanlede

Hulste
18-10-1918
gedood door de stikgaze ten huize van Sylvain Bruneel sect.B
15. Par. 65 Gem. 85/1918
FERDINAND VANWIJNSBERGHE
Hulste
31-07-1836
Zoon v.Jan en Fidelia Carton
Wed. v. Clemence Naessens

Hulste
18-10-1918
gedood in zijn woonst door de stikgaze, sectie B

16. Par. 66 Gem. 89/1918
ANNA VANDENBOGAERDE
6 jaar
Ooigem
05-04-1912
dochter van Jules en ... Lambrecht
Hulste
20-10-1918 om 8 u 's morgens gedood door een granaat ten huize van Aimé Bruggeman. Sectie B, 'a globo occisa' (par)

17. Par. 67 Gem. 90/1918
ELISA FEYS
Vluchtelinge uit Gullegem
48 j. zonder beroep

Roeselare
10-07-1870
ongehuwde dochter van Jan en Theresia Verledens
Hulste
19-10-1918
gedood door de stikgaze ten huize van Charles Demeyere, sectie B 'a globo occisa (par).
18. Par. 68 Gem-
JULES VANCOILLIE

Marke
27-09-1892
zn van Désiré en Nathalie Snauwaert, echtg. v. Leonie Ampe. Deze laatste hertrouwde met haar schoonbroer Cyriel Alberic Vancoillie op 5-4-1921

Moorslede
18-10-1918 (par)
Volgens trouwakte van Cyriel is Jules Vancoillie overleden te Passendale
19.Par. 69 Gem. 18/1919
Uittreksel Winkel Sint-Elooi
LOUISE DUTOIT
52 jaar
Bavikhove
Dochter van Petrus en Amelia Duvillier, echtg. v. Sylvain Bruneel
Winkel Sint-Elooi
19-10-1918 om 5 u 's morgens
overleden in de Izegemstraat 23/4
20. Par 70 Gem. 53/1918
EMMERENCE LABEEUW
Huisvrouw, 22 jaar
Hulste
12-02-1896
dochter van Henri en Leonie Desplenter, echtg. van Maurice Lambertijn
Hulste
26-10-1918, om 4 u 's avonds in haar woonst 'a globo' gaze confecta occisa*'
21. Par. 71 Gem. 56/1918
SYLVIA COOREVITS
Huisvrouw, 48 jaar
vluchtelinge uit Waregem
Waregem
29-10-1874
Echtg. van Emiel Balcaen
Hulste
27-10-1918 om 8 u 's avonds ' a globo confecta occisa' (par.)
22. Par. 72 Gem. 55/1918
JOEL DEMETS
Landbouwer, 26 jaar
Vluchteling uit Zwevegem
Zwevegem
09-05-1983
Zn van Henri en Louise Vandecasteele

Hulste
28-10-1918 om 6 u 's morgens
in het Oudemannenhuis
'a globo gaze confecta occisus'

23. Par. 73 Gem 57/1918
JULIEN DEWEER
7 jaar
Vluchteling uit Waregem
Waregem
zn van Jules en Maria Vanassche
Hulste
28-10-1918 om 6 u 's avonds ten huize van René Lampaert sectie B, 'a globo gaze confecta occisus'

24. ar.74 Gem. 54-1918
JUSTINE VERMEULEN
66 jaar
zonder beroep

Hulste
01-06-1852
Hulste
27-10-1918 om 9u voormiddag in haar woonst 'a gaze occisa'
25. Par 75 Gem.15/1919
Uittreksel Kuurne
HENRI VANDEBUERIE
70 jaar
Oostrozebeke
13-05-1848
zn v. Ivo en Barbara Verbeke,
echtg. v. Ursula Despriet
Kuurne
29-10-1918 om 10 u 's avonds in de Zweepstraat 10
'gestorven voor België'
'occisus a globo gaze confecto'
26. Par. 76 Gem. 9/1919
Uittreksel Houtem
HELENA VANDEBUERIE
Kantwerkster, 29 jaar
Hulste
18-06-1889
dochter van Henri en Ursula Despriet
Houtem (bij Veurne)
19-10-1918 om 5 u 's morgens overleden in hospitaal wijk Doorentje 'occisa a globo gaze confecto'
27. Par. 77 Gem.-
ROSALIE MAERTENS
Izegem
28-12-1857
echtg. van Jules Wulfaert
Houtem (bij Veurne)
18-10-1918
28. Par 78 Gem. in rand
49.2-1918 bij vonnis 19-06-1922
MARCEL DECALUWE
Hulste
20-05-1910
Zoon v. Remi en Maria Labeeuw
Lendelede
18-10-1918
gem. : overleden op grondgebied Lendelede par.: a globo occisus in Lendelede'
29. Par 79 Gem. in rand
49.1/1918 bij vonnis 05-07-1920
RICHARD HONORE
Wagenmaker en timmerman

Hulste
29-08-1872
Zn van Leo en Virginie Deboutte,
echtg. van Elisa Delaere

Moorslede
18-10-1918
gem.: overleden op grondgebied Moorslede
par.: door soldaten naar onbekende plaats overgebracht en daar gestorven.
30. Par 80 Gem. in rand
49.5/1918 bij vonnis 07-05-1925
URSULA DESPRIET
Hulste
10-06-1853
Dochter van Henri en Marianne Tanghe, echt. van Henri Vandebuerie
Zonnebeke
0kt. 1918, slachtoffer van de oorlogsgebeurtenissen, door soldaten naar onbekende plaats overgebracht en daar gestorven
(par)

31. Par 81 Gem. 49/1919
Uittreksel Deinze
JULES DEVOLDER

Vlaswerker

Hulste
26-05-1889
Zn v. August en Sidonie Tijtgat
echtg. v. Romanie Vanhoutte
Deinze
19-10-1918 om 11 u 's nachts in het huis, Meulenstraat 24 wijk A
Par.: erg gewond door gasbom werd hij, na het ontvangen van H. Oliesel, door militairen naar Deinze overgebracht.

* 'a globo gaze confecta occisa' : door gasbom of gasgranaat gedood

kast02
de Kasteelstraat met op de voorgrond het 'Ouderlingengesticht De Heilige Familie'
foto ca 1934
meer over de foto en het ouderlingengesticht

Nu volgt onder nummers 12, 13 en 14 een gezin van drie personen, alle drie gestorven op 18 oktober. Het was het gezin van de schoenmaker Gustaaf Basijn, in de volksmond 'Staf Krikke' en zijn vrouw Eudoxie Vanlede uit Vlamertinge. Zij hadden een zoontje, Robert, en woonden in de huidige Tieltsestraat nr 4. Na hen kwam Aimé Penez in dit huis wonen. Tijdens de beschieting ging 'Staf Krikke' met zijn vrouw en kind schuilen in de kelder van café 'De Sterre', aan de overzijde van de straat. Ze waren reeds 'gegazeerd' en hadden het gifgas mee in lijf en kleren, zodat Louise Dutoit, de herbergierster uit De Sterre, die al niet van de sterkste was, helemaal ziek raakte. In ademnood vanwege het gifgas, vluchtte het gezin Basijn in paniek verder, maar kwam niet verder dan de Kouterweg, waar ze alle drie gevonden werden 'gestikt door de gaze'. Dit laatste weten we van Leonie Claerbout, die het weer kon weten van haar man zaliger, Michel Bruneel, de zoon van Sylvain Bruneel, herbergier uit De Sterre.
We blijven in De sterre, want de zojuist genoemde bazin, Louise Dutoit, staat onder nr 19 van de lijst van de slachtoffers. Louise was de tweede vrouw van Sylvain Bruneel. Reeds zwak van gezondheid werd het gifgas haar fataal. We weten niet hoe ze van Hulste weggeraakte. Waarschijnlijk gebeurde dat met de auto van het Rode Kruis. We vinden haar pas terug als ze gestorven was in het tot hospitaal ingerichte koetshuis van het kasteel van Winkel Sint-Elooi. Het is nog eens onze informante, Leonie Claerbout, die op zoek naar haar eigen moeder, de gestorven Louise Dutoit heeft gezien. "Louise was bedekt met een laken ... en naast haar stond een potje met smout, inderhaast op de vlucht meegenomen". Dat laatste maakt de tragiek van vluchtende mensen nog aangrijpender. Voor de tweede maal weduwnaar geworden, verwerkte Sylvain Bruneel uit De Sterre zijn verdrietige onmacht in een zelfgemaakt gedicht:


Het was op eenen woensdagmorgen vroeg,
Dat wij Belgen zagen komen.
Elkeen riep met blij gemoed,
Komt nu naar buiten zonder schromen.
Den Duits heeft ons al veel te lang doen lijden.
Door uw komst zullen wij ons verblijden.
Maar als den Duits ons was ontvlucht,
Zond hij bommen met gas er in op jacht
En al die niet vluchtten, moesten zijn versmacht !


br01
Brugsestraat - rechts het huis Masureel, links het huis van 'Smetje Volders', dit huis had in 1918 nog geen bovenverdieping


Na de Kasteel- en Kerkstraat en de Tieltsevoetweg, moeten we naar de Brugsestraat. Ook daar vielen 'versmachtende bommen'. Eén van de slachtoffers daar was Jules Vancoillie, in onze lijst onder het nummer 18. Wij ontmoetten hem al in het tragisch verhaal van Richard Honoré. Jules Vancoillie, in 1918 een jonge man van 26 jaar, woonde met zijn vrouw Louise Ampe, in de Brugsestraat nr 42. Het toenmalige huis werd fel beschadigd en Jules werd, ofwel zwaar gekwetst, of was door gifgas bevangen. In ieder geval vinden we Jules terug ... begraven dichtbij het station van Moorslede-Slijps. Een akelige bijzonderheid: Jules lag onder het kruisje van een 'onbekende', naast een andere Hulstenaar, Richard Honoré, op wiens graf het kruisje van Jules stond.
Wij blijven in de Brugsestraat. Aan nummer 36, waar nu André Noppe en Odette Vandenbroucke wonen, stond in 1918, meer 'innewaarts' het huis van Henri Vandebuerie en Ursula Despriet en hun dochter Helena. Henri was aan het weven op de voute toen de gasbommen vielen. 'Gepakt door de gaze' vluchtte het hele gezin weg uit Hulste. Ze verloren elkander en raakten nooit meer samen. Henri, Henri, die 70 jaar was, geraakte in Kuurne, bij zijn zoon Gustaaf, die reeds in 1909 in de Zweepstraat woonde. Daar is vader Henri enkele dagen later, op 29 oktober 'gestorven voor België'. Dat laatste kreeg hij in de marge van zijn overlijdensakte als postume verering nog mee. Maar, dat de dochter Helena, reeds op 19 oktober in het hospitaal van de wijk 'Het Doorntje' in Houtem bij Veurne gestorven was, raakte pas het volgend jaar alhier bekend. Wat meer is, het duurde zeven jaar eer de overlijdensakte van moeder Ursula, die dan nog als eerste van de drie overleden was, ingeschreven werd in het overlijdensregister van Hulste. In Kuurne, Zonnebeke en Houtem bij Veurne: daar stierven vader, moeder en dochter Vandebuerie zonder enig afscheid van en aan elkaar.

vdb
Henri Vandebuerie, samen met zijn echtgenote Ursula Despriet en zijn
dochter Helena Vandebuerie


Akte van overlijden van Henri Vandebuerie

br02
Brugsestraat kijkend naar de Plaats (foto vóór 1914)

br03
Brugsestraat gezien vanuit het dorp


Nog in de Brugsestraat, nader bij de Plaats, in het huidig nummer 28, nu Kapsalon Kim, woonde meer innewaarts Jules Devolder en zijn vrouw Romanie Vanhoutte. Pastoor Dejonckheere schrijft dat Jules op 15 oktober zwaar gekwetst werd a globo (door bom of granaat), en na het ontvangen van het H.Oliesel, door de militairen naar Deinze werd overgebracht waar hij - en dat zegt nu de gemeentelijke overlijdensakte - op 19 oktober om 11 uur 's nachts in het huis van de Meulenstraat, 24 wijk A, overleed.
Volgens Leonie Claerbout is Jules Devolder gekwetst geworden, niet in zijn huis, maar ergens op het land achter zijn huis, juister gezegd waar later Georges Callens heeft gebouwd. Dat is nu de huidige Kerkhofstraat. Romanie Devolder, de weduwe van Jules Devolder is na de oorlog, op 14 april 1920 hertrouwd met een oudere broer van Jules, namelijk Jules Joseph, die overleden is in Kuurne op 20 februari 1937.

sam
Brugsestraat - Het hoekhuis links, nr 70, was de herberg 'De Samenkomst'
Deze foto werd tijdens WO I genomen vanuit de lage meers.

Nog meer vooraan in de Brugsestraat, in het linkerdeel van de gewezen juwelierszaak van Paul Behaeghe (nr. 18), woonde het jonge echtpaar Maurits Lamertijn en zijn vrouw Emerence Labeeuw. Zij hadden een kindje, Omer, vier maanden oud. Volgens de gemeentelijke overlijdensakte is Emerence op 26 oktober gestorven 'ten haren huize' sectie B, om 4 uur 's avonds. Volgens de parochiale akte was dit ten gevolge van een bom of granaat met gifgas (a globe gaze confecta). In juli 1919 vertrokken Maurits Lamertijn en zijn zoontje naar Oostrozebeke. Zijn zoon Omer werd later onderwijzer te Oostrozebeke.

Van de Brugsestraat gaan we naar de Muizelhoek, bij de familie van de zojuist genoemde Emerence Labeeuw. Zoals menig Hulstenaar sloeg Emerence's vader, Henri Labeeuw, herbergier van 'De Korenbloem', nu Muizelstraat 102, met vrouw en kinderen op de vlucht. Ook zijn oudste dochter, getrouwd met Henri Remi Decaluwé en hun twee kindjes, Marcel (°1910) en Marcella (°1912), waren mee.
Via de Barzestraat in Hulste en de Hulstemolenstraat in Lendelede, geraakten zij op 't Hoge van Lendelede, ietwat voorbij de Groeninghemolen of ietwat voorbij de huidige Rijksweg N36 (die er toen natuurlijk nog niet was). Op een hoogte en in de nabijheid van een molen, dat is geen ideale plaats in oorlogstijd ! Er viel een granaat rechts van de voordeur van het huis (nu Hulstemolenstraat 34), waar zij binnengevlucht waren. De achtjarige Marcel Decaluwé werd er dodelijk gewond. Hij zou bij het verder vluchten met een brokke van een karre, ergens in Proven begraven worden. Zijn zesjarig zusje was er minder erg aan toe. Toch moest ze met een kunstbeen verder door het leven. Bij dezelfde granaatinslag verloor een vrouw uit Lendelede beide voeten. "Als ge vlucht, loopt g'u dood' zei de moeder van Marcella later menigmaal. En vader Decaluwé? Hij had wellicht het geluk er niet bij te zijn toen de granaat viel. Hij was eventjes terug naar de Muizelhoek om de geit te melken. Hij woonde toen waar nu Anna Decaluwé woont, Muizelhof 78. Deze informatie kregen we van Marcella Labeeuw, de tante van Marcel en Marcella Decaluwé. Zij was, geboren in 1908, en de jongste van de zestien kinderen, eigenlijk niet oud genoeg om tante genoemd te worden. Nog in de zomer van 1999 is tante Marcella - ze was toen éénennegentig - meeggegaan naar 't Hoge in Lendelede en kon de plaats van de granaatinslag in het huis, Hulstemolenstraat 34, nog goed aanduiden. Marcella Labeeuw stierf op 26 februari 2000. Ze was de weduwe van Gaston Demuynck.

We willen even terug naar het verhaal van Richard Honoré, één van de 'gegazeerden'. In de post van Het Rode Kruis in Lendelede mocht Elisa Delaere nog even haar man zien. Men zei haar dat men de zieken naar het visserdorp Cabour in Frankrijk zou brengen. Althans, dat staat in de nota's van Godelieve Honoré. Ze heeft zomaar neergepend wat zij had horen vertellen. Ja, dit Franse kustdorpje bestaat en ligt in de Calvados op een 25-tal km van Caen. Het wordt echter geschreven met een 'g' achteraan. Maar er is ook een Cabour in België. En dit is geen dorp maar een landgoed of villa in Adinkerke. Het wordt Cabour genoemd, naar de naam van de eigenaar, die tijdens WO I zijn landhuis met omliggend duinenland voor liefdadige doeleinden aan de Belgische regering had afgestaan. In 'Mijn Oorlog' van P. Hilarion Thans, staat een typerende beschrijving van het fronthospitaal Cabour tijdens WO I: " Louis had als gewonde in dat hospitaal gelegen. Hij geraakte er niet over uitgepraat hoe mooi en gezellig het daar was. Daar staat een kasteel, waarin de opper- en ander dokters wonen. De paviljoenen staan er als huizen van een dorp, te midden van het bos. Van binnen zijn ze spierwit geverfd. Door het duinzand hoeft ge niet te lopen: van zaal tot zaal lopen lattengaanpaden, iets als passerellen van het front. De verplegers hebben er een eigen slaap- en eetplaats. Ze lopen rond in 't wit..." (P.Hilarion Thans, Mijn Oorlog, Sint-Franciscusdrukkerij, Mechelen, 1921) - Pater Hilarion Thans (1884-1963) was tijdens WO I brancardier in Cabour waar men vanaf augustus 1917 de slachtoffers van het mosterdgas werden binnengebracht. Cabour ligt in een duinengebied van ca 100 ha tussen Adinkerke en de Franse grensgemeente Ghyvelde, waarvan enkele hectaren met populieren bebost zijn. Dit gebied is 13 km lang en loopt over een breedte van 500 meter evenwijdig met de kustduinen. Deze 'Flandriane' duinen zijn omstreeks 2000 vóór Christus ontstaan. Ze hielden telkens stand tegen de oprukkende zee. Tijdens de opeenvolgende transgressies sloten ze zelfs de huidige Moeren van de zee af. (Met dank aan Johan Masureel en Pieter Kerckhof voor deze informatie en tip over Cabour).


Herwerkt artikel van de hand van Lucien Decroix verschenen in 'Tijdingen', het tijdschrift van de heemkundige kring "De Roede Van Harelbeke" - tweede jaargang (1999) nr 3, en derde jaargang (2000) nr 1 en 2 in het jaar 2000

Bronnen